Aflevering 25

Hoofdstuk 4 Het Feestmaal van de Koning

ls we terug komen in de herberg komt de waard op ons af en hij vertelt dat er een bericht is gekomen van het Lyceum en geeft ons een kokertje. Thirza opent het kokertje. Er zit een briefje in. Thirza haalt het briefje uit het kokertje en ze leest dat Dougan Rambausen er in geslaagd is om het raadsel van de cube op te lossen.

We besluiten om maar meteen een bezoek aan Dougan Rambausen te brengen. We komen aan bij het Lyceum en we vragen aan een bediende naar Dougan, hij vertelt dat Dougan in het lab is en hij brengt ons er heen. Bij het lab aangekomen ontmoet Dougan ons. Hij leeft mee met Thirza met het verlies van haar collega's. Daarna vertelt hij over de cube.

"Ik heb heel wat opgedoken en niet alleen kennis! Maar laat ik daarmee beginnen. De eerste Dianoem (cube) werd gebruikt als een mentale vergroter. Je kon er meerdere tomes in stoppen en die via de Dianoem lezen/gebruiken. Later bleek dat er versies waren die nare bijwerkingen hadden. Als je ze gebruikte werd je langzaam gek. Het vierde model, zoals jullie ooit hebben gehad (hij slaakt een zucht), was zodanig verbeterd dat dit effect niet meer op lijkt te treden. Wel treedt er een ander effect op. Intensief gebruik leidt er toe dat mensen in de nabijheid door het apparaat gecharmed worden en wel voor meerdere dagen! Een slechte Dwerg zou hiervan ooit gebruik gemaakt hebben, zo luidt het verhaal. Hij had een groep Kobolds gecharmed en de Diamondheart Dwergen clan aangevallen in de grotten nabij Gate Pass. Het verhaal gaat dat de clan een ingenieuze actie heeft uitgevoerd door de grotten vol met een ontvlambaar gas te laten lopen en dit te laten ontploffen waarbij de Kobolds zijn omgekomen, net als een groot deel van de clan overigens. De grot zou daardoor verworden zijn tot een massale diamant waaruit bloeddruppels sijpelen. Hoe dan ook, het feit dat er een Dianoem in de nabijheid van Gate Pass gevonden is, heeft twee kanten. Het griezelige is dat er nog meer zijn, twaalf naar verluidt, die door kwaadwillende gebruikt kunnen worden, maar het goede is ook dat er nog meer zijn. Het toeval wil dat een van de studenten die bij het bestuderen van jullie doek betrokken is geweest, zich herinnerde dat haar grootvader ook zo'n soort kistje had. En inderdaad bleek dat 'het ding' er nog was. Omdat ze nooit hebben geweten wat het was, stond het te vergaan in de kelder, maar nu is het voor de wetenschap (en hopelijk ons aller veiligheid) aan ons ter beschikking gesteld. Om de werking beter te kunnen doorgronden moeten we er testen mee uitvoeren. Ik wil hiervoor wat proberen met apen en vraag jullie om mee te doen."

We besluiten om met Dougan mee te gaan om de test te doen. Hij heeft de Dianoem, een blauw kistje met een soort van hiërogliefen erop in zijn handen. Er zitten allerlei lampjes, schakelaartjes en drukknopjes op.
"Als zo'n kistje in verkeerde handen valt kan het fout aflopen," zegt Dougan. "Maar het kan een geluk bij een ongeluk zijn dat het kistje, dat jullie gevonden hebben, geforceerd is opengemaakt." Dougan opent nu een deur met een sleutel. We lopen nu een grote ruimte in met een kooi met allerlei soorten apen. Dougan probeert wat uit op de apen. De lampjes beginnen blauw op te gloeien en Dougan kijkt indringend naar de apen. Ineens staan ze stil en kijken ze naar Dougan. Dougan zegt tegen een van de apen: "Sophie, handstand!" en een van de apen maakt een handstand. Dan zegt hij tegen de andere apen: "Dansen!" En de apen gaan dansen. Hij grijnst en zegt tegen ons: "Zien jullie dat het werkt!!" en zegt dan tegen de apen: "Doe mij na," waarop hij begint te springen en te hossen. De apen doen dat ook en Dougan is dolenthousiast, maar net iets teveel want in zijn enthousiasme stoot hij tegen de kooi. Een van de apen schrikt en geeft Dougan een knal. Hij valt bewusteloos neer en het kistje valt op de grond waarna een van de apen het kistje pakt en op de knoppen begint te drukken. We proberen Dougan weg te trekken van de kooi maar we voelen een tinteling in ons hoofd die waarschijnlijk van het kistje komt. Wat nu? Thirza ziet dat Dougan de sleutel van de kooi om zijn nek heeft. Ben wil de kooi in om het kistje af te pakken en Thirza moet achter hem de kooi weer sluiten. Ben opent de kooi en gaat er in, grijpt de aap met het kistje en teleporteert zich met aap en al naar buiten. Elenora stormt naar de kooi en sluit de deur en haalt de sleutel uit het slot en roept haar panter op. Dan stormt er een kleine aap naar het hek en die weet de sleutel weer van Elenora af te pakken. Na een paar rake klappen laat de aap buiten de kooi het kistje op de grond vallen. Dan stormen ook de andere apen naar het hek. De invloed van het kistje begint steeds meer te werken. Elenora weet de sleutel weer te pakken en gooit hem weg. Een van de grote apen is inmiddels bij het hek aangekomen en pakt het kistje en scheurt het de kooi weer in. Maar Thanatos weet toch het kistje weer te grijpen en legt het achter hem neer. Op zijn beurt pakt Ben het kistje op en loopt in de richting van de uitgang. Na een aantal pogingen weten we de Dianoem uit te schakelen. Dougan wordt weer bijgebracht en we vertellen hem wat er gebeurd is. Ben zegt dat er geen experimenten meer met dit kistje moeten gebeuren. Dougan vraagt of we niets tegen Simeon willen vertellen, want die zal hier niet blij mee zijn. We beloven dat en hij vertelt dat zo het hele Lyceum gedomineerd had kunnen worden. Dougan belooft ons een pul bier en hij gaat nu de ruimte opruimen.

We gaan terug naar de herberg. Gilver komt naar ons toe en vraagt of we nog wat spannends hebben beleefd, maar Thirza zegt dat het een rustig dagje was. Hij biedt ons een drankje aan. Katrina komt ook naar ons toe en vraagt of we nog de stad ingaan. Maar we blijven in de herberg.
De volgende ochtend zitten we aan het ontbijt, Katrina zit ook bij ons. Er komt een man binnen en die wordt door de herbergier naar ons verwezen. Hij zegt dat Simeon ons verwacht. Katrina wil ook met ons mee. Thirza mokt aanvankelijk wat maar stemt er uiteindelijk mee in. Ze vraagt zich af wat het nut ervan is. Katrina kijkt enigszins beteuterd naar de grond, maar heft haar hoofd al snel weer op.

Na het ontbijt vertrekken we naar het Lyceum. We worden naar het hoofdgebouw verwezen. Er komt een page ons ophalen die zich stotterend voorstelt als Jineer Bremman en ons de weg wijst. We volgen hem naar het kantoor van Simeon in de toren. In de kamer zitten Simeon, Kiernan Stekart en een man die we niet kennen. Simeon begroet ons hartelijk. "Er is iemand die ik jullie graag wil voostellen." De man, een Half-Elf, stelt zich voor als Balan Bastom, een verre afstammeling van het huis Bastom in Ostalin en thans diplomaat van Seaquen. "Simeon en ik vroegen ons af hoelang het geleden was dat we zo'n heftige storm hebben meegemaakt, of iets dat daarop leek. Dat moet ruim 20 jaar geleden geweest zijn, maar hoe dan ook, een goede actie van jullie! Hebben jullie de zorgelijke berichten uit Ragesia al gehoord? We hoorden gisteren dat als de sneeuw in de bergpassen nog meer gesmolten is, er tienduizenden soldaten via Dassen zullen optrekken naar Seaquen. Ze hebben klaarblijkelijk een verbond met Koning Steppengard gesloten. Leska heeft toegezegd Dassen met rust te laten als de legers een vrije en ongeschonden doorgang door Dassen krijgen om Seaquen te kunnen aanvallen. Ik schat in dat we nog twee maanden hebben voordat ze hier zijn. Simeon heeft mij gevraagd met jullie mee te gaan naar Bresk om jullie met mijn nederige diplomatieke vaardigheden te helpen bij het overhalen van de koning om dit niet te doen. Misschien kunnen we zijn ego strelen en hem duidelijk maken dat Leska hem misleidt en hem de steun van Seaquen aanbieden en ..." Simeon neemt nu het woord: "We moeten Seaquen niet weggeven aan Koning Steppengard. We bieden hulp aan, maar we worden niet onderdanig aan Dassen." Balan vervolgt weer: "Het zal niet makkelijk zijn. Als Koning Steppengard niet luistert dan zijn er misschien wel anderen die dat wel doen. Misschien hebben jullie ooit iets opgepikt tijdens jullie reis door Dassen. Hoe dan ook, ik ben geen krijger of avonturier, dus het zal een zware reis voor mij worden. Hoewel de winter ten einde loopt, is de Nasham rivier die door Dassen loopt nog steeds bevroren en de Kings Road is thans nog besneeuwd. Het sneeuwt hier in Seaquen weliswaar licht, maar het zal na de moerassen dus wel erger worden. Ik zal wat geld meenemen om sledes te kopen. We mogen er van uitgaan dat de Ragesians al wat mannetjes in Dassen hebben, dus ik verwacht dat we nog narigheid onderweg zullen krijgen." Simeon neemt het woord weer over: "Ik geef jullie een scroll of sending mee, voor als jullie in nood zitten. Je kunt Kiernan ermee waarschuwen. Goed nieuws kan wachten, maar een noodoproep is prettig om te hebben."

Simeon vindt het belangrijk dat we nu naar Dassen vertrekken om Koning Steppengard te benaderen en om te praten. Hij raadt ons aan om ons warm te kleden. Balan wil zo snel mogelijk op reis te gaan. We spreken af om rond twee uur te vertrekken. We verlaten het kantoor en de page staat ons op te wachten. Hij stamelt wat en vraagt ons een brief aan zijn vader in Bresk te geven. Zijn vader heet Jinis Bremman en hij is een afgezant van Lord Gallo aan het hof in Bresk. Jineer is ongerust over zijn vader. Hij wil ons wat goud geven maar dat willen we niet. Ben vangt nog een gesprek op vanachter de deur dat Xavious Foebane wat mensen naar castle Korstull in Sindaire heeft gestuurd om Drakus Coaltongue's vermiste Torch te zoeken. We gaan met Jineer naar beneden en hij zegt dat zijn vader ons misschien zou kunnen helpen bij het overleg met Koning Steppengard.

We verlaten het Lyceum en gaan nog wat inkopen doen. We kopen wat warme kleren en speciale hoefijzers voor de paarden. Ardek wil nog wat rituals meenemen. We besluiten om wat nuttige rituals te kopen en ook nog twee tenten.
Om twee uur komt Balan in de herberg en hij vertelt dat hij geen sledes heeft kunnen verkrijgen, maar bij het moeras zit het stadje Vidor en misschien kunnen we daar wel sledes krijgen.

We nemen afscheid van de herbergier, Katrina en Gilver en gaan op weg. Na twee dagen reizen komen we in Vidor aan. De temperatuur is flink aan het dalen. We zien wat gasten rondlopen met kruisbogen. We komen dichterbij en een van de gasten staat midden op het pad. Hij vraagt wat we in Vidor komen doen. We vertellen dat we op doortocht zijn. Hij vertelt dat er nogal wat verdwijningen zijn. Maar we mogen doorgaan. In de stad zien we een winkel en we gaan kijken op we sledes kunnen begaan. We zien voor de winkel wat mensen heftige gebaren maken. Als we langs de groep lopen horen we zeggen dat er alweer doden zijn. We gaan naar binnen en Thirza vraagt aan winkelier Drerrik of hij sledes heeft. Maar hij verwijst ons naar Aregal. We gaan dan maar naar Aregal, een Half-Elf. En inderdaad heeft hij nog sledes. We willen twee sledes kopen, maar de prijs van 650 gp is wel erg hoog. We proberen wat af te dingen door hem gunstig te stemmen met een goed gesprek. We komen erachter dat hij een gouden Draak aanhangt genaamd Syana. Hij vertelt: "Ik heb de laatste tijd vreemde dromen over Syana, mijn Draak-god. Haar kind, ook een gouden Draak, is op zoek naar een fragment van haar ziel, maar zij zit vast in een sluimertoestand waar ze niet uit kan komen. Echter, een machtige Dragonborn krijger vecht tegen de wezens die haar vasthouden. Hij is omringd door een intens vuur van eeuwigheid en hij vraagt mij te helpen met de strijd. Ik heb besloten dat ik gehoor zal geven aan zijn oproep. Zijn naam? Ik dacht dat hij zich Khadral noemde. Hij zegt dat hij geleerd heeft dat opoffering voor het hogere en het goede een weg is naar onsterfelijkheid." Khadral? Heeft Thirza die niet ontmoet in het Fire Forest? Het lukt ons om flink af te dingen en we krijgen de sledes voor 400 gp. We verlaten de winkel en we horen buiten iemand zeggen: "Pas maar op." Er schijnen in de omgeving diverse mensen verscheurd te zijn in de buurt van het moeras. Balan zegt dat hij dit niet kan hebben en wil graag verder.

We gaan weer op reis en het wordt aanmerkelijk kouder naarmate we naar het noorden gaan. Hoewel laat in het seizoen, zijn de rivieren nog steeds allemaal bevroren. Af en toe komen we nog wat mensen tegen. Een poosje later horen we gedempte schreeuwen aan de andere kant van de heuvel. Het klinkt als paniek. Ben gaat polshoogte nemen en ziet wat gasten die paniekerig naar hem toe komen rennen. Ze zien er niet uit als strijders. Ze roepen dat er gevaarlijke ijsbeesten aankomen. Hij roept de rest van de groep. We zien dat er een groot beest aankomt, een Remorhaz. Het enorme beest valt Ben aan en slikt hem compleet in! Na enige tijd zakt het beest ook nog door het ijs, met Ben in zijn maag. De panter van Elenora en Thanatos vallen door het brekende ijs in het water. Elenora en Thirza zien de sneeuw een stuk achter het monster bewegen. En even later komt er nog een boven de grond. Als Thanatos de eerste Remorhaz afmaakt kan Ben zwaar gehavend eruit kruipen. En uiteindelijk weet Thanatos ook de tweede Remorhaz de laatste slag toe te dienen. De gevluchte mensen komen weer dichterbij en vinden het geweldig wat we hebben gedaan en ze bedanken ons. Ze maken een maaltijd voor ons klaar. Het is een groep vluchtelingen uit Ragesia. Ze zijn door het land van Lord Rego getrokken en zijn er vrij slecht behandeld en vergeten zijn gebrek aan gastvrijheid niet snel. Ze zijn op weg naar Seaquen op de vlucht voor de wreedheden van hun landgenoten. Na de maaltijd blijven we voor de nacht bij de vluchtelingen.